= beschaamde plant.
Zeer omvangrijk geslacht van planten met ruim 150 soorten uit de familie van de ➛Fabaceae.
Kruidachtige planten en kleine struiken, voornamelijk in tropisch en subtropisch gebied. Meerdere soorten zijn aquatisch, maar slechts één soort, de drijfplant A. fluitans, is beperkt geschikt voor het aquarium.
Planten met opgaande of liggende stengels, stevig en vaak hol. De verspreid staande bladeren zijn geveerd. Net als het verwante Mimosa zijn de planten gevoelig voor aanraking, de bladeren vouwen opwaarts tegen elkaar. Ook 's nachts verblijven de bladeren in deze houding. De geslachtsnaam verwijst hiernaar.
Peter 1945
Inheems in zuidelijk en zuidwestelijk tropisch Afrika, van Tanzania en Kongo tot in Botswana en Namibië.
Groeit als beschreven bij het geslacht, met liggende of half onder water drijvende stelen. Het drijfvermogen komt van de holle, sponsachtige bouw. Tot 30 hard blauwgroene, langwerpig ovale blaadjes aan een bladsteel, altijd in tweetallen. Gesteelde, gele bloemen. Steellengte meerdere meters, 12 cm breed.
Vooral geschikt voor grote open aquaria of een groot paludarium. Niet moeilijk in de verzorging, maar vraagt veel ruimte en licht. Eventueel buiten te houden, maar de plant is niet winterhard.
Vermeerderen kan door stekken, de vele aangemaakte zaden geven zelden een goed resultaat.
Temperatuur: 22 tot 28° C