AustrolebiasAustrolebias bellottii

Austrolébias

= zuidelijke killivis.

Klein geslacht van tandkarpers met 8 soorten uit de familie van de ➛Rivulidae.

Zuid-Amerikaanse ➛seizoenvissen met een hoog, zijdelings samengedrukt en ovaal tot ruitvormig lichaam, vergelijkbaar met ➛Cynolebias. De kop is stomp tot iets gespitst, met een kleine bovenstandige bek. Rug- en aarsvin lang, min of meer elkaars spiegelbeeld, vrij hoog en, evenals de staart, afgerond. Buikvinnen klein. Deze vissen leven in tijdelijke poelen en moerassen, die in het droge seizoen geheel verdampen.

Vrij agressieve vissen die het best in een ➛speciaalaquarium kunnen worden gehouden. Een donkere bodem zorgt dat de dieren fraai kleuren, bovendien voelen deze zich dan meer op hun gemak. Turf is daarvoor zeer geschikt, zeker als er plannen zijn de vissen te kweken. Een geregelde waterwissel is van belang. Verdraagt vrij hoge temperaturen, maar dit bevordert de levensduur niet. Deze bedraagt tussen de 8 en 11 maanden. Houdt de stroming beperkt.

Te voeren met levend of diepvriesvoer, denk aan kleine kreeftachtigen en ➛muggenlarven. Droogvoer wordt meestal geweigerd.

Substraatduikers, die niet al te moeilijk te kweken zijn. Plaats in het aquarium een doorzichtige pot met een wijde opening, tot 15 cm hoog en plaats daarin een laag gekookte ➛turf. Maak deze laag iets dikker dan de lengte van de langste vis. Plaats in de kweekbak een ➛sponsfilter en vervang geregeld het water voor 90%. Plaats enkele vrouwen bij een man en voer deze met afwisselend levend voer. Interessant is om in een wat grotere kweekbak twee mannen met meerdere vrouwen te plaatsen i.v.m. hun onderling gedrag. Zorg per man voor een doorzichtige pot met turf. Incubatie van de eieren bedraagt 6 weken bij hoge, en tot 6 maanden bij lagere temperaturen. Plaats een deel van de turf met wat eieren met duidelijk zichtbare ogen in water van 18° en houdt bij of deze uitkomen. Zo ja, plaats dan de rest erbij. Vrij zwemmende jongen eten Artemia en ➛jongbroedvoer van dergelijke grootte. Plaats eventueel over in een opfokbakje zonder bodemmateriaal. Bewaar de turf: mogelijk dat er nog niet uitgekomen eieren zijn die na een paar weken alsnog uit kunnen komen.

bellóttii

Steindachner 1881

Argentijnse parelvis

Te vinden in het stroomgebied van de Paraná en Uruguay rivier in Argentinië en Uruguay.

Austrolebias bellottii
Austrolebias bellotti. © ➛F. Vermeulen

Vorm als bij het geslacht vermeld. Kleur donker blauwgrijs met 13 tot 17 dunne witte dwarsstrepen. Deze staan wat achterover gekanteld. De eveneens blauwgrijze vinnen zijn van een regelmatig patroon van kleine witte stipjes voorzien. De aarsvin is van een brede, lichtblauwe rand voorzien. Ook de buikvinnen hebben deze kleur. Vrouwen licht bruinig grijs met een girafpatroon van donkerder bruine vlekken. Vinnen kleurloos, met donkere stipjes aan de basis. De aarsvin heeft donkere lijnen parallel aan de vinstralen. Beide dieren hebben een verticale streep door het oog.

Lengte tot 7 cm.

Verzorging, gedrag en kweek als bij de geslachtsbeschrijving.

Geschikt voor aquaria vanaf 10 liter.

Temperatuur: 18 tot 28° C

pH: 6-8   dH: 4-18   fH: 7-32   ppm: 70-300

Over de wilde staat van deze vis heerst reden tot zorg, reden om de aanschaf tot ➛nakweek te beperken. Voorheen lang bekend als ➛Cynolebias bellotti. Dit is de ➛typesoort van het geslacht.