KatvissenKienhout

Katvissen

Ictaluridae

Kegelvlekbarbeel

Trigonostigma heteromorpha

keisak

= naar een Japanse naam.

Murdánnia

Keizertetra

Nematobrycon palmeri

kelúmi

= naar de natuurvorser Kelum Manamendra-Arachchi.

Púntius

Kempvissen

Betta

kendálli

= naar Amerikaans visecoloog Kendall.

Lepidiolamprológus

kennedyi

= naar Amerikaans president Kennedy.

Astýanax

kénwoodi

= naar de Amerikaan Kenwood Perkins.

Móema

kerguénnae

= naar de vrouw van de ontdekker.

Neolébias

kérri

= naar de Braziliaanse INPA directeur Kerr.

Inpaíchthys

Kersenbuikcichlide

Pelvicachromis pulcher

Kevers

Coleoptera

KH

Waterhardheid

Kienhout

De term kienhout is een verzamelterm geworden voor alle ➛hout dat bedoeld is voor aquariumdoeleinden. Oorspronkelijk kienhout echter is fossiel hout dat uit veengrond is opgegraven, in het Engels bekend als bogwood. Na eeuwen in zuurstofarm veen te hebben gelegen is het hout alle voedingsstoffen kwijt en is er alleen nog de houtstructuur over. De kleur is meestal roodbruin en het heeft een typische zijdeglans. Opvallend licht van gewicht moet het meestal lang worden ingewaterd voor het zinkt. Houd rekening met meerdere weken voor grotere stukken.

Kienhout
Echt kienhout is nog maar weinig te vinden.

De tijd dat zelf kienhout kan worden gevonden is, althans in Nederland en België en omgeving, waarschijnlijk voorbij: met het veen is ook het kienhout verdwenen. In Duitsland worden langs de grens met Drenthe nog hier en daar restanten veen afgegraven. Gevonden veenkienhout wordt daar op stapels gegooid, maar is vaak beschadigd en de kwaliteit valt te betwijfelen. Daarbij ligt het hout op privéterrein.

Kienhout kleurt het water, maar er vormt zich zelden een bacterielaag bij ingebruikname. Daarbij is het betrekkelijk zacht en geschikt voor hout etende meervallen.