Klein geslacht van planten met 3 soorten uit de familie van de ➛Haloragaceae.
Stugge stengelplanten tot een kleine meter hoogte uit oostelijk Azië en Noord-Amerika. Bladeren verspreid staand, geelgroen tot groen, smal tot breed lancetvormig, rand enkel of dubbel gezaagd. Kleine, symmetrische bloemen, met 10 of meer zigzagsgewijs op twee tot drie strengen aan de stengeltop.
Eén soort is onlangs als aquariumplant geïntroduceerd. Mogelijk wordt het geslacht geplaatst onder een eigen familie, de Penthoraceae.
Groei als bij het geslacht vermeld. Taaie stengels. Bladrand dubbel gezaagd. Bloemen gebroken wit tot roze.
Hoogte tot 60 cm, breedte tot 12 cm.
Al langer bekend als tuinplant. Een trage groeier, daardoor ook geschikt als voorgrondplant. Internodiën blijven korter met veel licht en toevoeging van CO₂. Bij weinig licht laat de plant de onderste bladeren vallen.
Te vermeerderen door stekken, in de tuin zaait de plant zich gemakkelijk uit. De plant is winterhard. Dat brengt wel het risico van floravervalsing mee.
Geschikt voor aquaria vanaf 60 liter.
Temperatuur: 10 tot 28° C
pH: 5-7 dH: 4-30 fH: 7-53 ppm: 70-500