crocódilus

➛Indóstomus

Crossócheilus

Geslacht van karpers met ruim 10 soorten uit de familie van de ➛Cyprinidae.

Gestroomlijnde bodemvissen uit Zuidoost-Azië. Hun leefgebied bestaat uit ondiepe, snel stromende beken en stroompjes met een bodem van grind en stenen, meestal dik begroeid met een laag ➛aufwuchs.

Lichaam langwerpig spoelvormig en zijdelings nauwelijks afgeplat. De kop is spits, met een onderstandige, brede bek, als bij haaien. De snuit draagt twee korte ➛baarddraden. Vinnen kleurloos, al loopt de bij de meeste soorten aanwezige donkere lengtestreep vanaf de snuit over het oog door tot in de staartvin. Volwassen vrouwen zijn wat voller in de buikstreek; jonge dieren zijn nagenoeg onmogelijk te onderscheiden op geslacht. Soorten zijn onderling ook bijna identiek aan elkaar.

Sociale dieren om bij voorkeur in een groepje van minimaal zes dieren te houden. Solitair gehouden dieren worden schichtig en schuw. Naar andere vissen vreedzaam, onderling kunnen zich onschuldige schermutselingen voordoen.

De natuurlijke omgeving nabootsen kan met een mix van grindsoorten, rolkeien en eventueel stukken hout. Plantengroei is schaars, maar kunnen naar wens worden toegevoegd. ➛Stroming geeft hun natuurlijk gedrag weer en is niet gauw te sterk.

In de natuur wordt algaangroei afgegraasd, met alle daarin aanwezige dierenleven, reden om het dieet niet volledig ➛plantaardig te houden en ook een beperkt aandeel ➛dierlijk te geven. Vermijd echter al te eiwitrijk voedsel, dit kan problemen met verteren geven.

Geen van de soorten is in het aquarium nagekweekt, d. De dieren trekken in het droge seizoen naar paaigronden elders.

lángei

Verspreid over zuidelijk en westelijk Thailand, het schiereiland Maleisië en Borneo.

Vorm en tekening als beschreven bij het geslacht. Van C. oblongus te onderscheiden door de metalig rode bovenkant van het oog.

Lengte tot 15 cm.

Verzorging, gedrag en kweek als aangegeven bij het geslacht.

Geschikt voor aquaria vanaf 300 liter.

Temperatuur: 20 tot 26° C

pH: 6-8   dH: 0-12   fH: 0-21   ppm: 0-200

IUCN komt gegevens tekort over deze vis.

oblóngus

Siamese algeneter

Wijd verbreid over Laos, Thailand, Cambodja en Maleisië.

Vorm en kleur als beschreven bij het geslacht. Van C. langei te onderscheiden aan de lichtbruine kleur van de bovenkant van het oog.

Lengte tot 15 cm.

Verzorging en gedrag als bij de geslachtsbeschrijving vermeld. Over de kweek is niets bekend.

Geschikt voor aquaria vanaf 300 liter.

Temperatuur: 24 tot 28° C

pH: 5-8   dH: 8-18   fH: 14-32   ppm: 130-300

Lang bekend geweest als Epalzeorhynchus of Epalzeorhynchos siamensis en stigmeaus, ook als Crossocheilus siamensis. De identiteit van deze vis is echter nog steeds onzeker.

Kopen: ok.