Orde van haften of eendagsvliegen uit de klasse van de ➛Insecta die het grootste deel van hun leven als nimf onder water doorbrengen. Dit stadium duurt 1 tot 3 jaar, afhankelijk van de soort. Het zijn geen larven, wat inhoudt dat ze geen ➛metamorfose ondergaan, en kennen dus geen popstadium. De grotere nimfen hebben ook al een goed zichtbare vleugelontwikkeling op hun rug.

Eenmaal volwassen eet de haft niet meer en leeft hooguit enkele uren tot dagen, afhankelijk hoe snel de paring plaatsvindt. Daar draait alles in dit stadium uiteindelijk om. Vrouwtjes zoeken een zwerm mannetjes, er volgt een paring, waarna de eitjes worden afgezet en de ouderdieren sterven.
Haftnimfen zijn met hun lengte tot 15 mm vooral voor grotere vissen als cichliden een uitstekend en interessant voer. Daar ze vooral stil zitten en ➛detritus eten, worden ze door scholenvissen veelal over het hoofd gezien, andere gaan er serieus voor op jacht. Als de nimf al beweegt, dan is het een zeer behoedzaam lopen, of, eenmaal in nood, wordt een razendsnelle sprint ingezet waarbij de drie staartbladen als voortstuwing dienen. Als er meerdere tientallen zijn gevoerd, kan de jacht al gauw een uur duren. De nimfen weten lang in het aquarium te overleven.
➛Vangplekken kunnen wat moeilijker te vinden zijn. Langs sloten wordt per abuis wel eens een enkele mee gevangen, maar voor meerdere exemplaren kan een vijver met gemetselde wanden op een openbaar terrein nog wel eens succes opleveren. Vraag eventueel om toestemming.
