GymnochandaBereik van paginaGymnochanda filamentosa

Gymnochanda

= naakte Chanda.

Klein geslacht van baarsachtigen met 5 soorten uit de familie van de ➛Ambassidae.

Kleine Zuidoost-Aziatische baarsjes met een glashelder doorschijnend lichaam zonder schubben, waarnaar de naam verwijst. Lichaam hoog ovaal, zijdelings afgeplat. Kop spits en relatief groot, bek eindstandig. Twee rugvinnen, de voorste kort, de achterste lang, het spiegelbeeld van de aarsvin. Tweede vinstraal in de voorste rugvin en aarsvin beduidend dikker. Mannen soms met draadvormig verlengde vinstralen aan laatste twee. Staartvin gevorkt. Vrouwen van de verschillende soorten zijn moeilijk te onderscheiden.

Kritische vissen, die wel enige eisen stellen aan de waterkwaliteit. In het wild te vinden in langzaam stromend, ondiep en zuur water in laagland veengebied. Rustig in gedrag en ook enigszins schuw, echter prima met andere, niet te grote of opdringerige soorten samen te houden. Houdt deze groepsvissen met zeker acht dieren samen. Zorg voor een ruime beplanting, evenals een donkere bodem. Gebruik van ➛herfstbladeren zou te belastend kunnen zijn, hoewel dit anderszins een positief effect op de zuurgraad kan hebben. Gebruik van ➛onthard water heeft hier voordelen. Houdt stroming beperkt. In het verleden werd vermoed dat dit brakwatervissen zijn, maar dit is geenszins het geval.

Eet uitsluitend klein ➛dierlijk voer, bij voorkeur levend. Denk aan ➛muggenlarven, ➛kleine kreeftachtigen, ➛wormpjes.

Kweken is bij enkele soorten gelukt, maar is erg moeilijk en vereist zorgvuldige hygiëne. ➛Vrijleggers zonder ➛broedzorg, die een gering aantal zeer kleine, glasheldere en zeer kleefkrachtige eieren legt. Gebruik voor de afzet fijnbladig groen als Riccia of ander ➛mos, of een kweekmop. Houdt een lage waterstand aan en ververs geregeld een deel. Tijdens de kweek vooral met Cyclops voeren, ook al brengt dit risico's met zich. Voer daarvan zoveel dit alles wordt opgegeten. Eieren komen na een ruime dag uit, jongen zwemmen zo'n 4 tot 5 dagen later vrij rond en kunnen worden gevoerd met Cyclopsnaupliën. Deze worden direct na uitkomen actief bejaagd.

Zelden in de winkel aan te treffen vissen.

Moeilijkheid 2 (0-3)

filamentósa

Fraser-Brunner 1955

Enkel te vinden in de Zuid-Maleisische staat Johor en het stroomgebied van de Kapuas rivier in de provincie West-Kalimantan op Borneo.

Gymnochanda filamentosa
Gymnochanda filamentosa. © H. Frey

Lichaam als bij het geslacht omschreven. Flanken met tot 10 niet allemaal even lange, blauwig zwarte dwarslijnen. Mannen met draadvormig verlengde rug- en aarsvin, deze zijn blauwig of gebroken wit. Snuit, nek, rug- en aarsvin transparant roodbruin. Vrouwen missen deze laatste accenten.

Lengte tot 32 mm.

Verzorging, gedrag en kweek als vermeld bij het geslacht. De kweek is slechts enkele keren gelukt.

Geschikt voor aquaria vanaf 60 liter.

Temperatuur: 22 tot 28° C

pH: 5-7   dH: 0-8   fH: 0-14   ppm: 0-130

Lange tijd de enige soort in het geslacht.

Kopen: ok.

Margevuller