Geslacht van cichliden met meer dan 15 soorten uit de familie van de ➛Cichlidae.
Zuid-Amerikaanse vissen uit het ➛Amazonegebied, in 2023 uit ➛Crenicichla voortgekomen, met C. lugubris als typesoort. De beschrijving aldaar gaat ook op voor dit geslacht, met name het ondergeslacht Lacustria.
Op grond van enkele morfologische kenmerken zijn deze dieren in dit nieuwe geslacht geplaatst, zoals de ontbrekende nettekening bij Crenicichla (ondergeslacht Batrachops). Van Saxatilia te onderscheiden aan de vlek vóór de borstvin, in plaats van erboven. Andere kenmerken zijn niet zonder ontleding waarneembaar.

Te vinden in de Rio Negro.
Vorm als vermeld bij het ➛Crenicichla. Kleur grijs tot bruingeel, rug soms groenig. Buik soms roze. Tekening zeer variabel. Indien aanwezig, 9 tot 10 dwarsbanden, die in intensiteit wisselen naar gelang de gemoedstoestand. De banden zijn op de rug afgezet met hard zwarte, licht omrande vlekjes, al komen die soms ook juist op het andere deel voor. Een dergelijke zwarte vlek is ook op de kieuwdeksel aanwezig, vaak met een rode of oranje vlek, meestal aan de bovenkant. Ook op de staartwortel zo'n vlek. Een donkere lengteband is soms - tot sterk - aanwezig, vanaf de kieuwdekselvlek tot in de staartvin. Staartvin zelf soms rood. De naam slaat op de vele zwarte spikkels waarmee de kop wordt gesierd. Een enkele keer is daartussen ook een lengtestreep tussen te vinden.
Lengte tot 30 cm.
Verzorging en gedrag als bij Crenicichla aangegeven.
Kweken is mogelijk, dit verloopt als vermeld bij Crenicichla. Tot 300 eieren die na 3 tot 4 dagen uitkomen.
Geschikt voor aquaria vanaf 500 liter.
Temperatuur: 26 tot 30° C
pH: 5-7 dH: 0-12 fH: 0-21 ppm: 0-200
Kopen: ok.