Alpheusaltamira

Álpheus

= naar de mythologische Griekse riviergod.

Zeer uitgebreid geslacht van garnalen met ruim 300 soorten uit de familie van de ➛Alpheidae.

Grootste van ruim 50 geslachten binnen de familie. Van de enkele volledig in zoet water voorkomende soorten wordt bij hoge uitzondering de soms 'blauwe pistoolgarnaal' genoemde A. cyanoteles aangeboden. Zie de familiebeschrijving voor meer details.

cyanóteles

Yeo & Ng 1996

Oorspronkelijk enkel bekend van de zuidkant van het Maleisisch schiereiland, maar er zijn sterke vermoedens dat de soort voorkomt tot aan de Tapi rivier in het uiterste zuiden van Thailand. Deze garnaal komt voornamelijk in zoet water voor, in rivieren en beken met een bodem vol bladafval.

Alpheus cyanoteles
Alpheus cyanoteles. © ➛F. Schäfer

Zie de familieomschrijving. Wat grotere en stevig gebouwde garnaal met een zeer gestroomlijnde carapax, waarbinnen de kleine ogen zijn afgedekt. Het abdomen vertoond slechts een beperkte welving. Looppoten ondanks het robuuste voorkomen betrekkelijk dun. Het rostrum is slechts een kort puntje. Kleur lichtbruin tot blauwig lichtgrijs, de overgangen tussen de pleons met een brede donkere rand met een dun wit randje. Scharen in de lichaamskleur of afwijkend oranjebruin. Uropoden aan de onderrand donker. Geslachtsonderscheid is moeilijk, mannen hebben aangepaste voorste pleopoden.

Lengte tot 7 cm.

Onderling agressieve dieren, twee mannen zullen vechten tot er één zonder scharen over blijft. Een speciaalaquarium ligt voor de hand. Houd ze daarin bij gedempt licht met voldoende ruimte. Aangegeven bakgrootte heeft betrekking op een enkel exemplaar. Zorg voor in ieder geval een schuilplaats per exemplaar, liefst meerdere. Veel tijd wordt in en rond een schuilplaats doorgebracht. Gebruik enkel wat steviger planten, zachte soorten vallen al snel ten prooi aan hun eetlust. Bij hogere temperaturen loopt de levensduur terug. Gevoelig voor hoge nitraatgehalten en zware metalen. Doe om die reden ook geregeld een waterwissel.

In het wild leven de dieren van een mix van ➛detritus en levende prooi, maar zijn weinig kieskeurig en eten een breed palet aan ➛dierlijk en ➛plantaardig voer.

Nog maar zelden nagekweekt. Voor de kweek is het raadzaam bij een man twee vrouwen te zetten, maar gezien de onderlinge agressie vraagt dit veel ruimte. Garantie op een paring geeft dit niet. De eieren zelf zijn groot en met maximaal 30 stuks gering in aantal. De jongen komen volledig ter wereld, zonder larvestadium.

Geschikt voor aquaria vanaf 60 liter.

Temperatuur: 24 tot 28° C

pH: 5-7   dH: 0-8   fH: 0-14   ppm: 0-130

Een door ontbossing en vervuiling bedreigde soort. Beperk de aankoop bij voorkeur tot nakweek.

altamíra

= naar de Braziliaanse stad.

Plesiolébias