Schakelende ➛thermometer. Deze is noodzakelijk voor het op temperatuur houden van (sub)tropisch aquariumwater, door de ➛verwarmer boven de ingestelde temperatuur uit, en eronder weer in te schakelen.
In veel verwarmers is standaard een thermostaat ingebouwd, maar ook losse thermostaten zijn verkrijgbaar, waarop meerdere losse verwarmers kunnen worden aangesloten. Het voordeel is dat het water op temperatuur blijft als een verwarmer het begeeft. Ook kunnen meerdere thermostaten parallel worden geschakeld, waardoor ook deze een back-up hebben.
Is bij goedkope verwarmers de ingebouwde thermostaat vaak op een ➛bimetaal gebaseerd, losse thermostaten zijn elektronisch, evenals die in de wat duurdere verwarmers, wat doorgaans betrouwbaarder en duurzamer is. Het gevaar bij het gebruik van een bimetaal is dat de contactpunten met elkaar kunnen versmelten door de zeer hoge piekstroom bij inschakelen , waardoor de thermostaat kan blijven hangen. Dit kan dierenlevens kosten.
Een ander voordeel van de losse thermostaat is de mogelijkheid de warmte van het water elders te meten en te schakelen dan direkt bij de verwarmer. Deze kan bijvoorbeeld op een koude plek in het aquarium worden geplaatst. Voorwaarde is dan wel dat het elders niet te warm wordt.
Familie van tropische zoetwaterslakken uit de klasse van de ➛Gastropoda met een wereldwijde verspreiding, met name in tropisch en subtropisch gebied.
Kenmerkend is het spitse huis met slechts licht gebolde windingen. Een ➛operculum is aanwezig. Het lichaam heeft een kleine voet met een smalle, slurfvormige kop waarop dunne, vrij lange tasters. Het zijn alle (eier)levendbarende kieuwslakken. Houdbare slakkensoorten vallen onder de volgende geslachten:
➛Melanoides, Pachymelania, Plotia, ➛Stenomelania, Tarebia en Thiara.
Klein geslacht van karperzalmen met 2 soorten uit de familie van de ➛Gasteropelecidae.
Grote bijlzalmen uit tropisch Zuid-Amerika, altijd in rustig stromend, helder, zacht en zurig water. Lichaam extreem gevormd als aangegeven bij de familie. Meerdere subtiele kenmerken onderscheiden dit geslacht van met name ➛Gasteropelecus. Beide soorten groot en met een uitgesproken zilverglans, op de donkerbruine en gele lengtestreep na. Behalve beide soorten uit elkaar houden is ook het geslachtsonderscheid bij beide soorten moeilijk te zien. Drachtige, met eieren gevulde vrouwen zijn daarentegen goed herkenbaar.
Vreedzame, maar nogal schuwe scholenvissen om bij voorkeur in een groep van acht of meer dieren te houden. Goed te combineren met vissen uit andere waterlagen, mits rustig en niet te agressief. Gezien de springlust is een goed sluitende lichtkap of afdekruit vanzelfsprekend noodzakelijk.
Deze vissen eten allerlei klein voer als ➛muggenlarven en ➛kleine kreeftachtigen. De dieren eten echter enkel van of nabij het wateroppervlak. Eenmaal voorbij een bepaalde diepte wordt er niet meer naar omgekeken.
De diepte van het aquarium is minder van belang, de grootte van het wateroppervlak des te meer. Beplanting is van belang voor beschutting voor de laagste in rang. Ook ➛drijfplanten of -bladeren zijn mogelijk, maar voorkom dat een al te groot deel van het oppervlak dichtgroeit. Deze verminderen de schuwheid. Houdt de stroming beperkt.
Geen van beide soorten is in het aquarium nagekweekt.
Reuzenbijlzalm
Afkomstig uit Brazilië en Peru, van de Rio Nanay in het noordwesten van dit gebied tot de La Plata in het zuiden ervan.
De gemiddelde lengte komt rond de 7,5 cm. Kleur vrijwel geheel zilver, reden waarom ook deze soort soms 'zilverbijlzalm' wordt genoemd. Van de bovenkant van het kieuwdeksel tot de staartvin loop een donkerbruine streep met erboven een bleekgele. Soms erboven nog een donkerbruine stippellijn. Ook een ontbrekende donkerbruine lijn komt voor. Vinnen alle kleurloos.
Lengte tot 9 cm.
Verzorging en gedrag als aangegeven bij het geslacht. Warmtebehoeftige dieren: minder dan 20° wordt niet verdragen.
Geschikt voor aquaria vanaf 300 liter.
Temperatuur: 20 tot 30° C
pH: 5-8 dH: 0-18 fH: 0-32 ppm: 0-300
Vaak 'zilverbijlzalm' genoemd, maar die naam is toch écht voorbehouden aan ➛Gasteropelecus sternicla.
Kopen: ok.